Cultuursensitief werken met ouders

Cultuursensitief werken met ouders

Productgroep KIDDO 04 2024
Mehrnaz Tajik | 2024
3,95
Gratis voor abonnees.

Omschrijving

Hoe we naar ouders kijken en hen beoordelen, klinkt door in hoe we ouders bejegenen. Het zit verborgen in onze uitspraken, reacties en ons handelen. Die verborgen boodschappen zijn vaak heel subtiel en onbewust. Toch kunnen kleine opmerkingen die we maken of vragen die we stellen een ouder het gevoel van uitsluiting geven. Hoe kunnen we zorgen voor meer diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie in de kinderopvang?

'Waar komen jullie vandaan?’ is vaak de eerste vraag die ouders met een migratieachtergrond krijgen. Het is een goedbedoelde vraag die uit interesse wordt gesteld. Wanneer ouders antwoorden, roept het vaak associaties op die een gelijkwaardig contact in de weg kunnen staan. ‘Uit Culemborg, een ecowijk’, antwoord ik dan. ‘Nee, ik bedoel waar kom je oorspronkelijk vandaan? Je voorouders?’ Ik weet waar ze op doelt.
‘Mijn moeder komt uit Den Haag en mijn vader komt uit Teheran.’ ‘Oh, Iran! Daar is toch een burgeroorlog? Ik zag op het nieuws, die hoofddoekenkwestie. Is je vader gevlucht? Wat spreek jij goed Nederlands!’

Meer afstand
Degene die de vraag stelde, heeft zich een beeld gevormd op basis van wat er in het nieuws is geweest. Ik word meteen in verband gebracht met de politieke situatie. Ze heeft daarbij ook aangenomen dat Nederlands mijn tweede taal is, terwijl dat niet zo is. Met dit eerste contact en deze eerste vragen, merk ik dat er een beeld over mij is gevormd dat niet strookt met mijn verhaal en geschiedenis, en dat er ook geen interesse meer is voor wie ik nog meer ben. Ondanks dat ik weet dat de vraag vanuit interesse is gesteld, voel ik meer afstand dan ervoor.
Maar welke vragen kun je dan stellen?! Hoe toon je interesse in ouders zonder te vervallen in vooroordelen en aannames? Wanneer werk je cultuursensitief? Hoe zorg je voor goede communicatie en afstemming met anderstalige ouders? Hoe zorg je voor gelijkwaardig contact en een goede samenwerking met ouders? 

Verborgen boodschappen
Anderstalige ouders voelen zich vaak als achterstandsmensen behandeld, weten we uit onderzoek. (Broekhuizen, et al, 2019). We denken doorgaans in Nederland over het opgroeien met een andere taal dan het Nederlands als een ‘tekort’ of ‘achterstand’. Iets dat zo snel mogelijk ‘ingehaald’ moet worden, omdat daardoor achterstand op het PO ontstaat. Uiteraard is een goede basis in het Nederlands van groot belang aan het begin van de basisschool, maar dit ‘deficit-denken’ of ‘denken in tekorten’ doet geen recht aan de (veer-) kracht van ouders: hun levens- en werkervaring, ideeën over opvoeding, waarden en normen, steun aan het geloof, (succes-)verhalen, hun taal en cultuur, en/of hun inzet in de buurt.
Voortdurend naar hen verwijzen in termen van ‘achterstand’ en ‘kwetsbaarheid’ doet mensen wezenlijk tekort (Ana del Barrio Saiz, BBMP, 2020).
Welke andere basishouding kunnen we onszelf dan leren aanmeten? In plaats van een basisgedachte uitgaand van tekorten, achterstanden en verborgen (of minder verborgen) oordelen, moeten we toe naar een basis van gelijkwaardigheid.