Risicovol spelen wordt wel eens als een aparte spelcategorie gezien, die we als activiteit kunnen aanbieden aan kinderen. Maar dat is natuurlijk niet zo, bij het vrij spelen van kinderen gaan zij voortdurend op zoek naar risico en uitdaging, dat zit in hun natuur. Daarom is het belangrijk om hiervoor in de kinderopvang veel ruimte te bieden.
Pedagogisch professionals weten dat risicovol spelen goed is voor kinderen, maar vinden het ook vaak lastig. Want wat vinden ouders er eigenlijk van? Je wilt wel graag rekening houden met ouders, en stel, er gebeurt iets met hún kind, een bult of een schram, of misschien nog erger. De kinderopvang heeft als opdracht: we beschermen kinderen tegen grote risico’s en leren hen omgaan met kleine risico’s. Hoe doe je zoiets in goede samenwerking met ouders?
Spanning en plezier
Het aangaan van risico bij het spelen is voor kinderen vanzelfsprekend, zij doen telkens een stapje verder en testen hiermee hun vaardigheden. Vaak gaat het zoals zij het bedacht hebben en soms loopt het net anders af en hebben ze pijn, een schram of een bult. Kinderen weten dat dit kan gebeuren en zitten daar niet zo mee. Voor ons volwassenen is het vaak moeilijk om aan te zien en te accepteren, maar je kunt hier dus relaxter tegenover staan. Risicovol spelen is fysiek spel dat het risico op letsel met zich meebrengt.
Risicovol spelen is belangrijk, het versterkt onder andere de veerkracht, weerbaarheid en het zelfvertrouwen van kinderen. Er zijn zes categorieën risicovol spelen: spelen op hoogte, spelen met snelheid, ruig spel, spelen met gereedschappen, spelen in de buurt van water en vuur, en uit het zicht spelen (zie kader voor voorbeelden). Je herinnert je vast uit je eigen kindertijd dat het gelijktijdige gevoel van spanning en plezier dit allemaal juist zo aantrekkelijk maakte om te gaan doen. Ouders weten dit ook heus nog van vroeger, wat een mooi aanknopingspunt biedt om in gesprek te gaan.