De meeste kinderen leren vanzelf praten. In elke peutergroep zit echter gemiddeld één kind met een taalontwikkelingsstoornis (TOS), een neurocognitieve stoornis. Kinderen met TOS hebben ondanks een normale intelligentie minder aanleg voor taalverwerving. Hoe kun je deze kinderen in de opvang zo goed mogelijk begeleiden?